Wat heeft het gekost?
Programma: | P7 Alg.Dekk.Midd, Overhead, VPB, ONV. | |||||
---|---|---|---|---|---|---|
Begroting 2022 | Rekening | Verschil | ||||
Bedragen x € 1.000,- | Voor wijziging | Na wijziging | 2022 | Begr. na wijz. / Rekening | ||
Lasten | 7.869 | 9.870 | 9.738 | -132 | ||
Baten | -41.663 | -47.444 | -48.407 | -963 | ||
Exploitatieresultaat | -33.794 | -37.574 | -38.670 | -1.096 | ||
+= nadeel - = voordeel |
Analyse van het verschil tussen begroting na wijziging en rekening |
---|
Taakveld algemene uitkering (voordeel incidenteel € 749.000)
Voor het jaar 2022 is sprake van een incidenteel voordeel van € 749.000 op de algemene uitkering uit het gemeentefonds ten opzichte van de raming. Dit is voor een groot deel veroorzaakt door de decembercirculaire die eind december 2022 is ontvangen en waarover u bent geïnformeerd middels een raadsinformatiebrief. Hierin staat uitvoerig toegelicht een incidenteel voordeel voor het jaar 2022 ter hoogte van € 784.000.
Daarnaast is er sprake van een nadeel van € 75.000 omdat er minder kosten worden gedeclareerd voor de bommenregeling dan begroot. Tegenover dit nadeel staat een voordeel van € 75.000 voor de uitvoering van de bommenregeling op programma 3.
Het overige voordeel van € 40.000 wordt veroorzaakt doordat wij achteraf extra algemene uitkering hebben ontvangen over voorgaande jaren.
Tevens staat in de raadsinformatiebrief opgenomen dat wij een deel van de € 784.000 als budget willen doorschuiven naar 2023 aangezien dit gepaard gaat met werkzaamheden die in 2023 worden uitgevoerd. Hierbij dient u te denken aan de ontwikkelingen toegankelijkheid verkiezingen en aanpassen software (€ 5.400), Energietoeslag 2023 (€ 329.462), bijzonder bijstand (€ 23.082), breed offensief (€ 6.714) en het versterken van de sociale basis (€ 13.548). Met name de energietoeslag 2023 springt eruit waarvoor het rijk in 2022 een deel (€ 500) van de totale toeslag 2023 van € 1.300 beschikbaar stelt en waarvoor de uitvoering begin 2023 plaats heeft gevonden. Zodoende wordt bij de bestemming van het jaarrekeningresultaat 2022 voorgesteld om een bedrag van € 378.000 door te schuiven naar 2023.
Taakveld belastingen overig (nadeel incidenteel € 37.000)
In 2022 is een voordeel ontstaan op de hondenbelasting van € 22.000 door de intensief uitgevoerde hondencontrole in de laatste maanden van 2022. Dit voordeel kan als structureel worden gezien voor de komende jaren. Het structurele effect wordt meegenomen in de eerste bestuursrappportage 2023.
Daarnaast is er een voordeel ontstaan op de toeristenbelasting van € 28.000. Het vermoeden bestaat dat dit voordeel is ontstaan door de grote toename van vakanties in eigen land in 2021 onder invloed van de Covid19 beperkingen voor met name buitenlandse reizen. Omdat er in 2023 een intensieve controle op de toeristenbelasting wordt uitgevoerd verwachten wij dat de opbrengst van 2022 in 2023 gelijk zal blijven. In de begroting 2023 is reeds rekening gehouden met een hogere baat aan toeristenbelasting.
Verder is bij de invordering sprake van een nadeel van afgerond € 70.000 dat enerzijds is te verklaren door de vrijval van € 100.000 uit de voorziening dubieuze debiteuren en anderzijds door de noodzakelijke toevoeging aan de voorziening dubieuze debiteuren. Beiden het gevolg van de mutaties voortkomend uit de jaarwerkzaamheden van Werk & Inkomen (programma 5). Omdat de hoogte van de voorziening dubieuze debiteuren centraal wordt bijgehouden vanuit taakveld overige belastingen ziet u hier het effect van de noodzakelijke mutaties terug die betrekking hebben op de voorziening dubieuze debiteuren.
Hiernaast zijn er in het taakveld overige belastingen enkele nadelen ontstaan van totaal € 17.000,-. Voor een groot deel worden deze veroorzaakt door de toename van het aantal WOZ bezwaren door no cure no pay bureaus waardoor er een groter bedrag dan geraamd is uitgekeerd aan proceskostenvergoeding.
Per saldo is er een nadeel ontstaan in het taakveld overige belastingen van € 37.000.
Taakveld overhead (voordeel incidenteel € 378.000)
Personeelslasten (voordeel € 309.000)
Personeelslasten ambtelijke organisatie (voordeel € 301.000)
In de begroting 2022 was een bedrag opgenomen van 11,1 miljoen voor de personeelslasten van de ambtelijk organisatie. De werkelijke personeelslasten waren 9,6 miljoen. Dit houdt in dat er een onderschrijding van 1,5 miljoen is ontstaan, dit wordt de vrijval van vacaturegelden genoemd. Dit gaat om niet ingevulde vacatures binnen de organisatie. Bij het invullen van vacatures wegen we af hoe we dit doen: het in dienst nemen van de medewerker (tijdelijk of vast), inhuren of inhuren op basis van detachering. Zo ontstaat een vaste kern (medewerkers in dienst) en een flexibele schil (inhuur en detachering). De vrijval van vacaturegelden van 1,5 miljoen zijn in 2022 ingezet voor de inhuur van derden.
Het budget inhuur derden wordt gevormd door twee onderdelen. Enerzijds de budgetten voor inhuur, die in de begroting 2022 (na wijziging) zijn opgenomen. In totaal was dit een bedrag van 1,5 miljoen. Anderzijds is de onderschrijding ingezet, die is ontstaan binnen de personeelslasten van de ambtelijke organisatie van 1,5 miljoen. Dit gaat over de beschikbare loonsom van openstaande vacatures, de vrijval van vacaturegelden. Dit betekent dat er een totaalbedrag van 3 miljoen beschikbaar was voor de inhuur van derden in 2022.
In totaal is er een bedrag van 2,7 miljoen besteed aan inhuur van derden in 2022. Dit is inclusief de vervanging van personeel bij ziekte. In 2022 is hierdoor een onderschrijding ontstaan van € 301.000. Deze onderschrijding heeft grotendeels betrekking op de inhuur van derden binnen de Fysieke pijler en wordt hieronder toegelicht.
(Externe) rollen en spelers in de projectorganisatie zijn toegevoegd aan de (vaste) formatie van de Fysieke pijler en hiervoor zijn in het personeelsbudget middelen opgenomen (950.000). Hiervan is in 2022 een bedrag van 336.000 vrijgevallen. De belangrijkste reden is dat voor het overgrote deel van dit bedrag (314.000) uren zijn verantwoord op andere kostenplaatsen dan de kostenplaats van de Fysieke pijler. Deze uren zijn rechtstreeks verantwoord op budgetten waarvoor separaat kredieten beschikbaar zijn gesteld. Het betreft dan uren voor o.a. de projecten TVBC, MFC+, de Randweg Opheusden, Casterhoven, Dijkverzwaring, Veerhaven Ochten. Daarnaast zijn beperkt minder uren gemaakt dan primair begroot (22.000). Vanwege de dynamiek in het aantal nieuwe ruimtelijke initiatieven en de lopende projecten door het jaar heen is pas eind van het jaar een goed beeld af te geven van de daadwerkelijke bestedingen ten opzichte van de begroting.
Overige personeelslasten (voordeel € 31.000)
Binnen het taakveld Overhead (onderdeel overige personeelslasten) is een onderschrijding ontstaan van € 31.000. Deze onderschrijding is ontstaan door o.a. inkomsten uit detachering en de aankoop van verlof binnen de ambtelijke organisatie
Bijdrage regio Rivierenland (nadeel € 46.000)
Jaarlijks wordt er een bijdrage betaald voor de inzet van de inkoopadviseur vanuit de regio Rivierenland. Door de toename van het aantal aanbestedingen en de complexe wet- en regelgeving heeft er meer inzet plaatsgevonden door de inkoopadviseur in 2022. Deze inzet is feitelijk structureel noodzakelijk. Op dit moment wordt gewerkt aan een structurele invulling van de interne beheersing en control. Zodra deze invulling duidelijk is, wordt ook duidelijk of de kosten voor de inzet van de inkoopadviseur in dit plaatje kunnen worden meegenomen of dat extra budget nodig is. In 2022 heeft de extra inzet van de inkoopadviseur van de regio Rivierenland geleidt tot een overschrijding van € 46.000.
Overige kleine verschillen (voordeel € 23.000)
Verder is er binnen de totale personeelslasten sprake van een incidentele onderschrijding van € 23.000 op diverse budgetten.
In totaliteit is er voor het jaar 2022 sprake van een onderschrijding van € 309.000 op de personeelslasten.
ICT (voordeel € 86.000)
Voor het jaar 2022 is sprake van een incidenteel voordeel op de exploitatie van € 86.000 ten opzichte van de raming. Dit is veroorzaakt doordat we in 2022 minder (investerings)werkzaamheden konden uitvoeren dan oorspronkelijk gepland en zijn deze doorgeschoven naar 2023. In 2022 zijn al wel voorbereidingen hiervoor gestart, deze namen echter meer tijd dan gepland. De daadwerkelijke uitvoering met de financiële toerekening zal daardoor pas in 2023 plaatsvinden.
Het betreffen werkzaamheden in het kader van informatiebeveiliging om enige maatregelen toe te voegen in de beveiliging van ons netwerk en het testen op kwetsbaarheden (€ 23.000) en de aanschaf van software ten behoeve van de BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie) en een anonimiseringstool in het kader van de Wet Open Overheid (€ 63.000).
Dit incidenteel voordeel komt bij de € 270.000 waarover u geïnformeerd bent in de tweede bestuursrapportage 2022 en waarvan om vergelijkbare reden is verzocht deze budgetten door te schuiven naar 2023.
Overige kleine verschillen (€ 17.000 nadeel)
Binnen het taakveld overhead zijn minimale overige kleine verschillen. Overige kleine verschillen betreffen een nadeel van € 17.000 en behoeven geen verdere toelichting.
Taakveld overige baten en lasten (voordeel incidenteel € 50.000)
Voor 2022 is in de begroting een budget onvoorzien opgenomen ter hoogte van € 50.000. In het jaar 2022 is geen aanspraak gemaakt op het budget onvoorzien, waardoor sprake is van een incidenteel voordeel van € 50.000 voor het jaar 2022.
Taakveld treasury (nadeel incidenteel € 47.000)
Voor het jaar 2022 hebben wij € 94.000 minder aan verwachte toe te rekenen rente kunnen doorbelasten naar de diverse taakvelden in onze exploitatie. Dit heeft grotendeels te maken met investeringswerkzaamheden die zijn doorgeschoven of zijn uitgelopen naar 2023. Door vertraging kan geen of lagere rente worden doorberekend. Zodoende is er dan ook sprake van voordelen op kapitaallasten op de diverse taakvelden van deze jaarstukken 2022.
Over het algemeen zullen deze voordelen opgaan in de toelichtingspost overige kleine verschillen omdat het relatief kleine bedragen betreffen op de verschillende taakvelden. Het nadeel van minder toegerekende rente van € 94.000 wordt voor een deel opgevangen doordat in 2022 minder aanspraak is gemaakt op de stelpost rente ter hoogte van € 42.000 (rente die geraamd was voor het aantrekken van langlopende leningen die nodig zijn voor het financieren van investeringen). Zodoende betreft het rentenadeel voor het jaar 2022 een bedrag van € 52.000.
Daarnaast is nog sprake van enkele kleine voor- en nadelen binnen taakveld treasury die hebben geleid tot een incidenteel voordeel van € 5.000. Per saldo is sprake van een incidenteel nadeel op taakveld treasury van € 47.000.
Overige taakvelden kleine verschillen (voordeel € 3.000)
Kleine verschillen op de overige taakvelden binnen dit programma laten een voordeel zien van afgerond € 3.000 en behoeven niet toegelicht te worden.